Alexander Skarsgård huilde onder de douche na slechte audities
Alexander Skarsgård had in het begin van zijn carrière nog niet zo veel zelfvertrouwen. De acteur moest na een slechte auditie thuis “huilen onder de douche”, vertelt hij in de podcast Dinner’s on Me van Jesse Tyler Ferguson.
“Het was vreselijk”, blikt hij terug op de audities voor rollen waar hij eigenlijk niet veel mee had, maar die hij wel moest doen. “Als je ergens voor gaat waarvan je weet dat het niet bij je past en je totaal niet klikt met een personage, maar je ook geen ‘nee’ kunt zeggen tegen een auditie. Ik stond altijd op het punt ontslagen te worden door mijn agenten. Als ik een auditie zou weigeren, zouden ze me waarschijnlijk laten vallen. Dus ik moest er wel voor gaan, ook al had ik niets met de rol. Het paste helemaal niet bij me.”
Skarsgård krijgt nu nog steeds “een beetje PTSS” als hij terugdenkt aan die tijd in zijn carrière. “Ik weet nog dat ik terugkwam in mijn kleine, waardeloze appartementje in Los Angeles en na zo’n dag moest huilen onder de douche. Ik voelde me vies van binnen, had geen zelfvertrouwen en dacht dat ik de slechtste acteur ter wereld was. Ik had geen waardigheid, omdat ik van auditie naar auditie ging. Ik dacht dat ik mijn tijd verdeed. Het is een moeilijk gevoel.”
De 48-jarige Zweed, zoon van acteur Stellan Skarsgård, brak in 2008 internationaal door in de tv-serie True Blood. Daarna speelde hij rollen in onder meer de film The Legend of Tarzan (2016) en de serie Big Little Lies (2017-2019). Voor zijn rol in laatstgenoemde serie won de acteur diverse prijzen, waaronder een Emmy Award, Golden Globe en Screen Actors Guild Award.
BuzzE
