Nederland moet op zoek naar ander ‘vliegend radarstation’
DEN HAAG (ANP) – Nederland en zes andere NAVO-landen moeten op zoek naar een andere vervanger voor hun verouderde Awacs-radarvliegtuigen. Ze zouden die ‘vliegende radarstations’ inruilen voor een modernere Boeing, maar dat gaat niet door, omdat de Verenigde Staten niet meedoen.
De Awacs houden sinds de jaren tachtig vanaf onder andere vliegbasis Geilenkirchen in Duitsland, net over de Limburgse grens, alles met hun radars en sensoren in de gaten. Maar ze maken veel lawaai, slurpen kerosine en zijn over tien jaar ook wel afgeschreven. De NAVO-landen die de Awacs gebruiken, wilden die daarom vervangen door een militaire versie van de bekende Boeing 737.
Maar ze zien toch af van de aanschaf van de Boeing E-7 Wedgetails, nu de VS er geen brood meer in zien. Inzetten op waarneming vanuit de ruimte is zinniger, denken de Amerikanen. Door het afhaken van de VS zou de prijs van de nieuwe radarvliegtuigen naar verwachting stijgen. Ook al gebruikt bijvoorbeeld Australië de Wedgetail al wel.
Ogen en oren in de lucht
Nederland blijft erop mikken “om voor 2035 andere, stillere toestellen operationeel te hebben”, zegt demissionair staatssecretaris Gijs Tuinman. “De terugtrekking van de VS laat bovendien het belang zien om zoveel mogelijk te investeren in de Europese industrie.” Mogelijk gaan de NAVO-landen nu op zoek naar een Europese fabrikant, zoals Airbus of Saab.
De Awacs zijn de ogen en oren van de NAVO in de lucht. Een van de radarvliegtuigen hielp in september bijvoorbeeld Russische drones op te sporen en neer te halen boven Polen.
ANP





