Protest Scheveningen tegen ‘medeplichtigheid NAVO in oorlog Gaza’

DEN HAAG (ANP) – Enkele honderden mensen hebben dinsdag actie gevoerd op het strand van Scheveningen omdat ze vinden dat NAVO-landen medeplichtig zijn aan de oorlog in Gaza. “Op de NAVO-top wordt Gaza doodgezwegen”, schrijft de organisatie op Instagram. De top vindt dinsdag en woensdag plaats in Den Haag. “Ze houden hier verderop een top, maar je kunt het beter een dieptepunt noemen”, zei een spreker.
De actievoerders hielden onder meer een ‘die-in’. Ze gingen in het zand liggen en deden alsof ze dood waren. Dat gebeurde nadat agent Mark Passenier, die niet in uniform was, op zijn trompet de taptoe had geblazen. Volgens de organisatoren had de politie gedreigd met zijn ontslag als hij dat zou doorzetten.
Een woordvoerder van de korpsleiding weet niet door wie dit dreigement zou zijn geuit. Wel zegt hij dat deelname in uniform “aan wat voor protest dan ook” niet is toegestaan voor politiemedewerkers. “Dan overtreed je de interne regels en volgt er een onderzoek.” Het kan zijn dat er dan sancties volgen, waarvan ontslag “de meest vergaande” is. Demonstreren als burger in de vrije tijd, zoals Passenier deed, “staat hem vrij”.
Noorderstrand
De actie is een symbolische weergave van een overledene of een groep slachtoffers”, legt de organisatie uit op social media. “In dit geval de slachtoffers in Gaza.”
De actie vond plaats op het Noorderstrand. Op de boulevard staat een podium, daarvoor ligt op het strand een grote Palestijnse vlag. Veel deelnemers dragen rode kleding en hebben Palestijnse vlaggen mee. De organisatie had hiertoe opgeroepen. Op een bouwhek hangt een doek met de tekst “De rode lijn is overschreden. En alweer! En alweer! En alweer! En alweer!”
Oud-minister Jan Pronk
Een van de sprekers was oud-minister Jan Pronk (85). Vanaf het Scheveningse strand verwees hij naar het strand van Gaza, “waar veel mensen bivakkeren omdat ze geen andere plek hebben. Ze zijn pionnen in een jojo-spel, van noord naar zuid, van stad naar platteland, in opdracht van de bezetter.”
Pronk zei dat hij deel uitmaakt van een generatie “die naar Israël keek met schuldgevoel over de Holocaust. Dat was terecht. We waren solidair met Israël. Onterecht. We hadden geen oog voor het lot van de Palestijnen.”
De oud-minister stelde ook: “Een volk dat leeft in bezet gebied heeft recht zich te verzetten tegen de bezetter, ook met geweld. Maar hoe kan de bezettende macht recht hebben op zelfverdediging tegen mensen die zich verzetten tegen de bezetter?”
ANP