‘Ik ben geen tweede Elvis, maar gewoon Bouke uit Emmen’

Bouke is gewoon Bouke
Deel op Facebook Deel op Twitter Deel op WhatsApp
Anette de Vries

Hij heeft bijna hetzelfde kenmerkende stemgeluid als Elvis Presley. Maar hij heeft ook zijn eigen stijl en sound. Met zijn overwinning in The Tribute – Battle of the Bands gingen er nieuwe deuren open voor Bouke Scholten (41). DenD sprak met de rocker, die de hoop op een doorbraak al had opgegeven. „De vergelijking met Elvis is een zegen én een vloek.”

door Anette de Vries

Met zijn diepe, zwoele Elvis-stem wist Bouke Scholten zowel de jury als de kijkers van The Tribute – Battle of the Bands voor zich te winnen. Filmpjes van Bouke’s In the Ghetto en Suspicious Mind gingen viraal, en in april schittert hij in Ziggo Dome. „Dat wordt één groot spektakel”, voorspelt Bouke in gesprek met DenD. „Een warm weerzien met de finalebands. De sfeer achter de coulissen van het programma was zo mooi. Alles verliep in harmonie. Er was geen concurrentie of afgunst.” 

Hoe zag jouw leven eruit vóór het circus losbarstte? 

„Door corona had ik twee jaar lang geen werk. Als je een vis uit het water haalt, gaat hij dood. Dat voelde voor mij ook zo. Ik zat thuis op mijn gitaar te tokkelen, maar miste de verbintenis met een live publiek. Er kwam ook nog eens geen cent binnen.”  

Had je een plan B? 

„Ik ben ooit in een supermarkt begonnen. Als het langer had geduurd, was ik misschien weer vakken gaan vullen. Waar ik me absoluut niet voor schaam, geld verdienen is geld verdienen. Maar het succes was uitgesloten voor mij. Ik had niet meer de hoop om door te breken als muzikant.”  

„Ik weet niet of je dit doorbreken kunt noemen, of wat doorbreken überhaupt is. Wat ik wel weet,
is dat ik heel veel theater mag gaan doen. Ik zie nu al dat alles uitverkocht raakt. Dat was mijn enige doel om mee te doen aan het programma: meer in het theater en op festivals staan. Dat is gelukt.”

En de rest is bonus? 

„Álles is een bonus. Het hele leven moet je zien als één groot avontuur. Kijk, ik heb ook tijden gekend waarin ik een fantastische single uitbracht, maar dat er niemand naar luisterde. Ineens komt er zo’n programma voorbij en heb ik meer dan 9 miljoen views op TikTok. En weet je, als dit succes voorbijgaat, dan ga ik weer als vanouds door. Lekker mijn ding doen op het podium met de band. Mensen blij maken.” 

Stel, je krijgt een miljoenen­contract in Las Vegas aangeboden, maar dan moet je wel een jaar van huis zijn.  

„Je zult het misschien niet geloven, maar ik zou het niet doen. Vlak voor de finale van het programma kreeg ik een telefoontje van mijn vader dat mijn moeder in het ziekenhuis was opgenomen vanwege een ontstoken hartspier. Toen kon het succes me in één keer gestolen worden. Gelukkig is ze aan de beterende hand, maar het had slecht kunnen aflopen. Wat heb je dan aan een miljoen?
Ik wil gewoon leven met mijn familie om me heen.” 

Je bent opgegroeid in een woonwagenkamp. Hoe zag jouw jeugd eruit?  

„Ik ben heel beschermd en traditioneel opgevoed. Mijn vader zat in de ijzerhandel, mijn moeder zorgde voor ons. Familie is alles. Dat is je bloedlijn. Ik heb nog geen musical of zwemdiploma van mijn twee kinderen gemist. Elke zaterdagochtend sta ik aan de lijn voetbal te kijken bij mijn zoon.
Al heb ik drie uur slaap gehad, dat interesseert me geen bal.” 

Werd Elvis’ muziek vroeger bij jullie thuis gedraaid? 

„Als klein jongetje droomde ik weg bij zwarte muziek: The Blues Brothers, Otis Redding, Solomon Burke. Muziek die, achteraf gezien, heel dichtbij Elvis Presley komt. Ik deed vaak mee aan playbackshows. Waar anderen Henk Wijngaard of André Hazes zongen, deed ik Jackie Wilson na.” 

Hoe werd je voor het eerst gelinkt aan Elvis?  

„Toen ik in de kantine van voetbalclub WKE Sexbomb van Tom Jones zong. Iemand stapte op me af en zei: jouw stem lijkt op die van Elvis. Ik was toen een jaar of 17 en kende hem zoals zoveel jongeren hem kenden. Elvis de karikatuur. Een dikke man in een witte jumpsuit, die Sisi Rider zong in een frisdrankcommercial. Dat leek me geen muziek voor mij. Ik zong voor de meisjes, laten we dat vooropstellen.”

Wat was de ommekeer? 

„Tijdens een optreden in een café in Emmen vroeg een meisje om een verzoeknummer van Elvis. Dat had ik niet, maar voor de keer daarop had ik speciaal voor haar Return to Sender en Don’t be cruel ingestudeerd. Na afloop kwam ze naar me toe: ‘Wow, ik dacht dat je playbackte’. Waarop ik mijn kans greep en vroeg: ‘Zullen we een drankje doen?’ Bleek ze een vriend te hebben, ha! Mijn versierpoging mislukte, maar ik werd wel steeds meer geboekt als Elvis. De eerste keer dat ik echt feeling met Elvis kreeg, was bij het zien van zijn ’68 Comeback Special. Wat een charisma! Zijn stem was rauw, zijn stem was blues. Ik krijg er nog kippenvel van.” 

Toch ambieerde je ook een carrière als Bouke?

„Ik stond bekend als de jongen die Elvis zo goed na kon doen. Een soort imitator. Dat wilde ik natuurlijk niet. Ik wilde mijn eigen muziek maken. In 2003 ben ik de studio ingedoken in Emmen. Daar kreeg ik het advies om Nederlandstalig te gaan zingen. Zo kon ik misschien toch een eigen carrière krijgen. Ik kreeg steeds meer fans, maar een hit bleef uit. Op een gegeven moment werd mij geadviseerd dat ik hoger moest zingen, omdat mijn stem zelfs in het Nederlandstalig te veel op die van Elvis leek. Dat deed ik dan maar, met als resultaat dat ik mijn stem aan het verkrachten was.” 

Wat een zoektocht?

„Ik heb in de loop van de jaren meerdere kansen gehad om iets te kunnen bereiken. Ik ben zelfs bijna een keer in zee gegaan met een Duitse platenmaatschappij. We hadden al een liedje opgenomen, Ich weine. Op het laatst heb ik dat afgewimpeld, want ik ben geen schlagerzanger. In 2006 heb ik een contract getekend bij CNR en heb ik opgetreden bij wat tegenwoordig Muziekfeest op het plein heet.” 

En toen kwam toch Elvis weer om de hoek kijken in 2009? 

„Na het winnen van Waar is Elvis? kwam ik in contact met de officiële fanclub van Elvis Presley, ElvisMatters. Vanuit daar kwam de vraag: hoe zou je het vinden om met originele bandleden van Elvis op het podium te staan? Ik ben ook naar Nashville gegaan om nummers op te nemen met Glen Hardin, pianist van Elvis. Hoogtepunt van mijn Amerikaanse trips was een liveshow op Graceland.”

Hoe is het om altijd weer met The King te worden vergeleken?  

„Dat is soms en zegen en soms een vloek. Ik vind de muziek van Elvis geweldig, laat ik dat vooropstellen. Het ligt heel erg in het verlengde van mij en het heeft me gebracht waar ik nu ben. Alleen ben ik me er wel van bewust dat ik met de muziek van een ánder nu dit succes heb behaald. Natuurlijk zing ik het zelf, maar er komt nooit een tweede Elvis. Elvis heeft zoveel veranderd in de muziek. Hij was een van de grootste muzieklegendes hier op aarde. Dat vind ik wel belangrijk te vermelden. Want niemand
moet denken dat ik een soort Elvis wil zijn. Ik ben geen tweede Elvis. Ik ben gewoon Bouke uit Emmen.” 

Die het ‘his way’ doet?

„Ja, als mensen het desondanks leuk vinden dan zing ik toch wel heel graag die muziek.
André Rieu speelt muziek van Strauss, maar staat hij daar als Strauss? Ik dacht het niet. Dus laat mij gewoon die legacy van Elvis blijven zingen en daarmee mensen blij maken.”

Tags

BOUKE SCHOLTENELVIS PRESLEYMUZIEKTHE TRIBUTE: THE BATTLE OF THE BANDS

Lees verder

Mis geen enkele winactie!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Facebook Twitter

DenD Partners

  • Dirk
  • Brookland
  • LAM jouw museum
  • Dirck