Bordeelhouder Brigitte: ‘Ik verzorg mijn meiden als baby’s’
In The Real Housewives van het Zuiden valt Brigitte direct op - en dat is niet alleen vanwege haar uitgesproken persoonlijkheid. Van alle dames heeft zij misschien wel het meest spraakmakende beroep: Brigitte runt een bordeel in Weert. En daar praat ze opvallend open over.
In een openhartig interview met Grazia vertelt Brigitte over haar werk en hoe dit bij anderen nieuwsgierigheid opwekt. Niet alleen bij kijkers, maar ook bij haar medehousewives. In een eerdere aflevering kregen Estelle en Petrouschka een exclusieve rondleiding in Brigitte’s club C’est La Vie.
Toch houdt Brigitte de deuren niet volledig open. “Ik heb in de serie wat laten zien, maar ik wil de anonimiteit van de klanten ook waarborgen. We blijven daar natuurlijk niet filmen, want dan blijven de klanten weg”, legt ze uit. Ook haar medewerkers wil ze beschermen: “Ik heb daar meiden rondlopen en die vinden het ook niet fijn als er een filmploeg komt. Dat respecteer ik.”
Vooroordelen
Brigitte krijgt regelmatig te maken met vooroordelen over haar werk. “Het is natuurlijk een hele aparte branche. De meisjes zijn toch sekswerkers. Er wordt natuurlijk wel gezegd dat ik ze uitbuit of dat je de pooier bent – niet eens alleen tegen mij, maar ik denk tegen elke uitbater die in deze branche zit”, zegt ze eerlijk. Maar daar wil ze niks van weten: “Ik kan je garanderen dat ik mijn meiden als baby’s verzorg.”
Een hecht team
Wat blijkt: Brigitte heeft een hechte band met haar team. “Wij hebben het ontzettend leuk samen, we eten samen, we lachen samen. Ze zorgen goed voor mijn hondjes.” Ze werkt met vaste meisjes, en er komen regelmatig nieuwe bij. “We hebben het gewoon supergezellig en de meiden voelen zich thuis.”
Voor Brigitte is het belangrijk dat haar medewerkers zich veilig voelen. “Het zijn toch vrouwen die uit een ander land komen en een behoorlijke rugzak hebben”, vertelt ze. “Ik vind het gewoon heel belangrijk om hun een tweede huis te bieden.” In haar club is daar ook letterlijk ruimte voor. “We hebben een aparte keuken, we hebben een woonkamer. En ’s avonds breng ik ze naar hun slaapplaats, want ze mogen natuurlijk niet blijven slapen, en dat is ook allemaal heel mooi. Ze werken graag bij mij.”
‘Ze komen altijd terug’
Natuurlijk komt het voor dat meisjes vertrekken. “Ergens anders zal het misschien mooier zijn, want waar ik zit is het oud. Het is een oud gebouw, het is natuurlijk wel schoon, maar het is niet het nieuwste van het nieuwste”, zegt ze nuchter. “Maar ze komen toch allemaal terug.”
